Ik was in een galerie en ik werd verliefd.
Op een kunstwerkje en op mijn Lief. Want in dat kunststukje zag ik ons.

Ons huis wordt bevolkt door vogels. Grote, kleine, geschilderde, getekende, geknutselde, bronzen, papieren, houten, papiermacheeën, metalen, kleurige, fantasievolle, van over de hele wereld. Eigenlijk had ik het zelf niet eens door, tot iemand mij erop wees.
En het is zo. Ik word gelukkig van vogeltjes. Nu ik ’s ochtends weer wakker word terwijl de merels zingen, weet ik dat het lente wordt en sta ik vrolijk op in plaats van liever het dekbed weer over mijn hoofd te trekken.
Onze tuin hangt vol vogelhuisjes en voederplekjes die gretig aftrek vinden bij meesjes en mussen, roodborstjes, eksters en Vlaamse gaaien, merels en één parmantige fazant. Als er weer een koolmeesje voor het raam zit te knabbelen en me een poosje aankijkt, weet ik zeker dat we een moment van verstandhouding hebben.
En om boze vogels moet ik altijd verschrikkelijk lachen. Ze kunnen zo geweldig beledigd zijn.

Het allerliefste heb ik musjes. Ze zijn zo gezellig. Ze kwetteren volop, nemen baden in warm droog zand op zo’n aanlokkelijke manier dat ik ook zin heb om een zandengel op een warm strand te maken. Ze kunnen ook futterend ruziën, maar zijn boven alles uiterst nieuwsgierig en ondernemend.
In die galerie viel mijn blik op twee musjes. Musjes die ontegenzeggelijk van elkaar houden. Zij zit een beetje kritisch uit haar ogen te kijken alsof ze het allemaal nog moet zien, maar je ziet ook dat ze zich gekoesterd en veilig voelt. En terecht, want naast haar, over haar wakend, zit haar mannetje. Ze leunen naar elkaar toe met de vanzelfsprekendheid van geliefden en beschouwen ondertussen – terwijl je ziet dat ze zich tezamen voelen – de wereld om hen heen. Hij met een blik die vertelt dat hij alles wel aan kan. Zij met haar kinnetje een beetje omhoog, zich onwillekeurig wapenend.

Kwetsbaar en sterk, onderzoekend en boven alles met elkaar.
En misschien is wel het mooiste van vogeltjes dat je ze niet vast kunt houden.
Als het ze niet bevalt, vliegen ze samen weg.